Het ‘grote’ orgel en oude (koor)muziek

Er zijn veel praktische redenen te verzinnen om bij het organiseren van concerten met oude muziek te kiezen voor een kistorgel. Zo’n orgel is klein en transportabel, je kunt het makkelijk in een andere stemming zetten en je kunt als organist midden in het koor of ensemble gaan zitten. Jaap Jan en Hester hebben daarom ook hun eigen kistorgel.

Klank gaat voor. Toch?

Maar toch, voor wie geeft om klankkwaliteit (want is dat niet waar het om gaat in de muziek), is een ‘echt’ orgel superieur. In een goed orgel heeft het pijpwerk de lengte die het van nature nodig heeft, en hoeft het niet -bij wijze van spreken- in een kist te worden opgepropt en dubbelgevouwen. Een normale open orgelpijp van 8 voet (klinkende lengte: 2.40 meter), moet de ruimte hebben om tot klinken te komen. En dat past niet in een kist. Bovendien klinkt een orgelpijp van orgelmetaal (lood en tin) in veel muziek beter dan het geluid van fluitiger klinkende houten pijpen.

Erfgoed

Er is nog een belangrijke reden waarom een echt orgel zo mooi is. Veel oude kerken in Nederland hebben namelijk nog oude orgels. Allemaal hebben ze hun eigen, unieke klank. Dat erfgoed moet tot klinken komen! Het kan je echt kippenvel geven, als je muziek van Bach zingt, of Haydn of Händel bij de klanken van een orgel dat al 200 jaar lang op een bepaalde plek van betekenis is geweest. Je voelt dan als het ware de band met de locatie en je eigen plaats in de tijd.

Betekenis van de Bachvereniging

Het lijkt echter wel alsof het de laatste tijd meer gangbaar wordt om ‘echte’ orgels te gebruiken bij concerten met oude muziek. Ongetwijfeld heeft dirigent als Jos van Veldhoven (voorheen Nederlandse Bachvereniging) hiervoor belangrijk werk verricht. Je kunt immers eindeloos praten, argumenten afwegen en uitwisselen, uiteindelijk gaat het erom dat het resultaat overtuigt. En dat doet het! Kijk maar eens naar de All of Bach-opname van BWV 29 (‘Wir danken dir, Gott, wie danken dir’) vanuit de Martinikerk Groningen, met Leo van Doeselaar aan het orgel:

 

Tips vanuit ervaring

Als duo dirigent-organist of zangeres-organist hebben Hester en Jaap Jan samen heel veel vlieguren gemaakt. Het op-elkaar-ingespeeld-zijn is de beste garantie bij het succesvol gebruik van een orgel dat op afstand kan staan. Daarnaast moet je als organist op een groot orgel flexibel zijn en snel kunnen reageren op aanwijzingen van ‘beneden’.

Naast die kwaliteiten die te maken hebben met samenspelen, moet er overeenstemming zijn over het ‘materiaal’. Een groot orgel kan niet voor een concert worden omgestemd. De aanwezige toonhoogte is dus een gegeven en daarover moet je duidelijk communiceren. Musici die serieus zijn en wat kunnen, kunnen zich, als er even de tijd voor genomen wordt, doorgaans goed aan een (iets) andere toonhoogte aanpassen. Het combineren van sommige houtblazers met een te lage stemtoonhoogte is echter een heel belangrijke potentiële no-go. Controleer dus expliciet of er bijvoorbeeld hoboïsten meedoen, en controleer de toonhoogte van het te gebruiken orgel.

Een andere noodzakelijkheid is het kunnen zien en horen. Vaak is het voldoende een spiegel neer te zetten. Bij grote orgels zit de organist soms achter het orgel, of tussen twee orgelcompartimenten in. Dan kan het enorm helpen om een snelle camera en koptelefoon te gebruiken. Kies er niet te snel voor, maar alleen als het anders echt niet gaat.

Voorbeelden

In december 2022 werkte Jaap Jan met Kamerkoor 4bij4 onder leiding van dirigent Samuel Reid Navarro. Op het programma stond de Messe de Minuit van Marc-Antoine Charpentier (1643-1704). Dit werk kwam prachtig tot zijn recht in de kapel van Fort Blauwkapel, waar een orgel staat van Jacobus van Eynde uit 1711. Het gaat hier om een Zuid-Nederlands, op de Franse stijl georiënteerd instrument, dat dateert uit ongeveer de tijd van Charpentier! Hoe gaaf is dat wel niet!? Hoewel het Van de Eynde-orgel aan de achterzijde wordt bespeeld, was het in deze ruimte prima mogelijk te communiceren via de zelf meegebrachte spiegel.

Ook het Verhofstadt-orgel (1719) in de Culemborgse Barbarakerk wordt aan de achterzijde bespeeld. Voor Hesters eindexamen Koordirectie kozen we er echter voor om van muziekvrienden een audio-/video-set te lenen. Op die manier lukte het muzikaal gelijk te blijven met het koor en barok-orkest beneden in de kerk.

Op 17 februari speelde Jaap Jan op het grote Naber-orgel In de Joriskerk in Amersfoort in Haydn’s Nelson Mis tijdens het eindexamen van koordirigent Pieta Maayeshi. De Joriskerk beschikt over eigen beeld- en geluidsmateriaal dat garant staat voor uitstekend contact. Het orkest was vooraf op de hoogte gebracht van de iets lagere stemtoonhoogte van het Naber-orgel en had zich hierop ingesteld. Stemming en intonatie waren dan ook geen probleem.

Jaap Jan bespeelt het Verhofstadt-orgel in de Grote of Barbara-kerk in Culemborg tijdens het eindexamen op 1 juli 2022. Foto: Petra Nuria.

 

Luisteren en zelf doen

Luister zelf eens hoe mooi het klonk, met het Culemborgse Verhofstadt-orgel temidden in het barok-orkest. Op de opname zingen de kinderen en volwassenen van het Kathedrale Koor Utrecht het ‘Gloria in excelsis Deo’ uit de Missa Omnium Sanctorum van Jan Dismas Zelenka (1679-1745) onder leiding van Hester. De opname is gemaakt door Hesters vader Jack Westra.

 

Heb je vragen over orgelgebruik bij samenspelen? Bel dan even naar Jaap Jan of stuur hem een mailtje!